In een training voor medewerkers uit de bankenwereld ga ik in op emotionele intelligentie. Niet iedereen weet precies waar het dan over gaat. De één heeft het over slim omgaan met de emoties van anderen zodat hij zijn zin kan krijgen, de ander vertelt dat ze hoogsensitief is en wil weten hoe ze slim met haar eigen gevoelens kan omgaan.
We praten over hoe mensen verschillen, hoe er verschillen zijn in mate van emoties herkennen en erkennen, doen oefeningen om ze te herkennen bij de deelnemers zelf en bij anderen. Dat blijkt nog niet zo eenvoudig. Mike heeft eigenlijk nergens last van. Deze training leek hem wel leuk, en hij heeft zijn emoties prima onder controle. Niks aan het handje. En tja, in zijn werk heeft hij het ook niet echt nodig, want zijn klanten vragen er niet om. Zakelijke markt, dus daar is geen reden voor emoties. Mike doet mee, maar echt iets leren is hij niet van plan.
In de middag doen we oefeningen op maat. Uitgaand van wat de deelnemer wil leren, ontwerp ik oefeningen waarin ze precies dat leren wat ze willen leren. Soms is dat een groepsoefening, een fysieke oefening of een spelvorm, in elk geval iets waarmee de deelnemer aan den lijve ondervindt waar de volgende stap zit. Daardoor kan hij of zij thuis verder. De een krijgt een oefening met een touwtjespuzzel om te leren omgaan met frustratie en te leren doorzetten, twee anderen leren een ademhalingstechniek om rustig te blijven als het echt spannend wordt.
Mike hoeft geen oefening. Mike kan alles al. Mike weet alles al. Alles onder controle. De deelnemers in de groep geven hem feedback. Dat hij wel heel afstandelijk en koel overkomt. En dat ze het idee hebben dat als het er echt om gaat, dat hij wegloopt.
Dat moet Mike toegeven, ook in zijn privé-leven. Als het echt emotioneel wordt, dan heeft hij geen idee wat hij moet doen. Een huilende vrouw, een schreeuwende collega, een klant die vertelt over een ernstige ziekte... Dan loopt hij liever weg. En meer dan eens heeft hij te horen gekregen van zijn vrouw dat hij zo'n koele kikker is. Zo koel dat niets hem raakt. Onverschillig overkomt. Emotieloos bijna. En dat raakte hem. Hij begint te vertellen. Dat hij deze training volgt om een beetje te begrijpen wat emoties zijn. Wil snappen waarom het bij hem zo vlak is en bij anderen zo uitgesproken.
We bespreken het in de groep. Iedereen is anders. Gaat anders met emoties om. Voor Mike is het een openbaring om van anderen te horen hoe zij met emoties omgaan. Wat zij voelen. Hij kan zich er niets bij voorstellen en hij werkt hard om het te begrijpen. Dan begint één van de deelnemers te huilen als ze vertelt over wat haar ooit diep geraakt heeft. Mike slaat dicht. Maakt wat grappen over pauze en tissues.
Dan beginnen de andere deelnemers feedback te geven. Hem te vertellen wat hij doet, en wat hij ook zou kunnen doen. Naast haar zitten. Vragen wat ze nodig heeft. Even met haar naar buiten. Wat water halen. En inderdaad tissues. En er niet vanuit gaan dat ze nu zielig is. Ook een verdrietig mens heeft veerkracht.
Mike begint te begrijpen wat hij kan doen. Wat ongemakkelijk schuift hij naast de huilende deelnemer. Houdt haar stoelleuning vast. Knielt. Kijkt. Vraagt wat ze nodig heeft. De groep helpt. Geeft aanwijzingen. Mike begint te ontdekken wat voor hem werkt. En voor haar. Langzaam zakt de emotie bij de deelneemster.
In de pauze praten ze samen nog even na over wat er gebeurde. Hoe Mike haar geholpen heeft en wat het met haar deed om even gewoon te mogen huilen. Ik zie Mike steeds meer ontspannen. In het "rondje" erna zegt hij dat hij het spannend vond, vooral omdat het echt was. En dat hij het nu veel beter begrijpt. Hij gaat met zijn vrouw praten. Of die hem niet af en toe kan helpen.
In een training leren de deelnemers het meeste van elkaar. Feedback geven en krijgen op hoe je overkomt en hoe anderen je ervaren. In dat proces faciliteer ik. Creëer een basis. En soms hoef ik daarna niks meer te doen. Dan doet de groep het voor me, uitgaande van hun veerkracht en inzicht. Mooi vak heb ik dan 🙂